WAT IS STIEBO
VOOR MENSEN MET HANDICAP
De Stiebo is een vereniging voor Arbeidsongeschikten, Chronisch zieken, Gehandicapten en Ouderen in Midden-Nederland
VOOR IEDEREEN
Onze vrijwilligers werken voor al onze gehandicapte leden, van welke politieke kleur en/of levensbeschouwelijke overtuiging zij ook mogen zijn.
STIEBO STAAT U BIJ
De Stiebo probeert hen bij te staan in alle soorten zaken, die verband houden met hun (chronische) ziekte, handicap of arbeidsongeschiktheid.

WAT DOEN WE

RECHTEN
Iedere Nederlandse burger, ook als je een handicap hebt, heeft recht op een fatsoenlijk inkomen, op basisaftrek, op voorzieningen, hulpmiddelen en zorg. Maar bij het “halen” van dit recht is het vaak erg moeilijk de weg te vinden in het doolhof van wettelijke regelingen op dit gebied. De Stiebo heeft deskundige, goed geschoolde vrijwilligers, die de leden daarbij kunnen helpen.
De leden van de Stiebo kunnen rekenen op hulp bij de volgende zaken:
- het invullen van de
belastingaangifte
- het opstellen van
bezwaarschriften
- het aanvragen van toeslagen
- het aanvragen van WMO
voorzieningen
- problemen met het UWV
- problemen bij andere overheidsectoren
De aftrek van zorgkosten over het jaar 2019
Stappenplan
Een handicap of ziekte levert vrijwel altijd een stapeling van kosten op. U betaalt bij voor medische zorg, hulpmiddelen, aanpassingen, extra kleding, reiskosten, dieetvoeding en nog veel meer. Een deel van die kosten kunt u terugkrijgen via de aangifte inkomstenbelasting. Maak gebruik van de aftrek van zorgkosten!
In dit artikel vindt u een kort stappenplan voor deze aftrek. Wilt u meer weten? Kijk dan op Meerkosten.nl voor uitgebreide, gedetailleerde informatie.
Dit artikel gaat over de aangifte over het belastingjaar 2019. U kunt deze aangifte doen vanaf 1 maart 2020.
De aftrek van zorgkosten is helaas niet eenvoudig. Gelukkig zijn er veel organisaties die u kunnen helpen. Neem voor meer informatie contact op met uw gehandicaptenorganisatie, patiëntenvereniging, ouderenorganisatie, belastingwinkel of vakbond. Neem eventueel dit artikel mee en attendeer degene die u helpt op de website Meerkosten.nl voor uitgebreide uitleg, achtergrondinformatie en verwijzingen.
Stap 1: Doe aangifte inkomstenbelasting
- Zet uw computer aan, ga naar mijn.belastingdienst.nl en log in met uw DigiD. Hebt u nog geen DigiD? Ga naar Digid.nl en vraag ‘m aan.
- Klik op Inkomstenbelasting.
- Klik op Belastingjaar 2019.
- Klik op Aangifte inkomstenbelasting doen.
Stap 2: Vul uw gegevens in
De aangifte begint met het invullen van uw persoonlijke gegevens. Daarna vraagt de aangifte naar uw fiscale partner en eventuele minderjarige kinderen.
- De Belastingdienst heeft uw persoonlijke gegevens alvast voor u ingevuld. Controleer deze gegevens zorgvuldig. Pas ze aan als ze niet kloppen.
- Bent u fiscale partners, dan is het voor de aftrek van zorgkosten erg handig om samen aangifte te doen. Vink dit aan als de aangifte erom vraagt, op het tabblad Partner.
Vervolgens krijgt u vragen over uw inkomen, de eigen woning, bankrekeningen, andere bezittingen en hypotheken.
- De Belastingdienst heeft de gegevens over uw inkomen en uw vermogen (waaronder het saldo op uw bankrekening) alvast voor u ingevuld. Controleer deze gegevens zorgvuldig. Pas ze aan als ze niet kloppen.
Stap 3: Vink Zorgkosten aan
Nadat u de vorige gegevens hebt ingevuld, komt u in het tabblad Uitgaven
- Vink Zorgkosten aan. Als u nog andere aftrekposten hebt (zoals giften of uitgaven voor studie of opleiding), dan vinkt u die ook aan.
- Klik op Akkoord. U komt nu in het tabblad Zorgkosten
In het bovenste witte veld staat voor wie u zorgkosten mag aftrekken. In het tweede witte veld staat het drempelbedrag. Alleen als u (samen met uw fiscale partner) in totaal meer zorgkosten hebt dan de drempel, blijft er aftrek over. De drempel is afhankelijk van uw (gezamenlijke) inkomen. Het bedrag dat hier staat heeft de online aangifte zelf berekend, op basis van de gegevens over uw situatie en uw inkomen die u eerder hebt ingevuld.
Voor de aftrek van zorgkosten geldt een aantal algemene voorwaarden en een aantal beperkingen. De belangrijkste regel is dat het moet gaan om kosten die u (of uw fiscale partner) in 2019 zelf betaald hebt. Als u een vergoeding hebt gekregen, dan kunt u het deel van de uitgaven dat u vergoed kreeg niet ook nog eens aftrekken. Ook als u een vergoeding had kunnen krijgen, maar u hebt die niet aangevraagd, kunt u de kosten niet aftrekken.
Verder gelden er per onderdeel van de aftrek soms gedetailleerde regels, die erg ingewikkeld zijn.
In het onderste blauwe veld van het tabblad Zorgkosten staan de posten die aftrekbaar zijn. Posten die niet in dit lijstje staan, zijn dus niet aftrekbaar. Eigen bijdragen voor zorg zijn nooit aftrekbaar. Ook niet als het gaat om een eigen bijdrage voor zorg, voorzieningen of hulpmiddelen die wel in het lijstje staan. Toch blijven er vaak kosten over die u wel kunt aftrekken. Het loont dus de moeite om het lijstje in te vullen.
Stap 4: Zet uw kosten op een rijtje
Hebt u kosten bij de verschillende onderdelen? Zorg er dan voor dat u de gegevens hierover overzichtelijk in een map bewaart. U vult bij elke post in de aangifte namelijk alleen het totaalbedrag in. Maar de Belastingdienst kan u wel om een onderbouwing vragen. Kunt u die niet leveren, dan zal de inspecteur de aftrek niet accepteren.
Doet u als fiscale partners samen aangifte? Tel dan uw uitgaven en de uitgaven van uw fiscale partner bij elkaar op en vul telkens het totaalbedrag in.
Geneeskundige hulp
Het gaat hier om kosten voor medische en paramedische zorg, inclusief tandartskosten. Denk ook aan medische behandelingen in het buitenland die uw verzekeraar niet vergoedt. Het moet wel altijd gaan om behandelingen door artsen of paramedici die werken volgens in Nederland geldende medische standaarden. Onder paramedische zorg vallen ook uitgaven voor particuliere ziekenzorg zonder indicatie of naast de indicatie (als de indicatie niet toereikend was).
Reiskosten ziekenbezoek
Voor bezoek aan een (voormalige) huisgenoot die minstens 10 km verderop verpleegd wordt. Reisde u per openbaar vervoer of met een taxi, dan zijn de kosten volledig aftrekbaar. U moet dan wel de bonnetjes bewaren! Nam u de auto, dan geldt een standaardtarief van € 0,19 per kilometer.
Medicijnen op doktersvoorschrift
Het gaat om geneesmiddelen en verbandmiddelen, op voorschrift van een erkende arts. Ook uitgaven voor homeopathische medicijnen zijn aftrekbaar, maar alleen als ze door een erkende arts zijn voorgeschreven.
Hulpmiddelen
Denk aan steunzolen, elastische kousen en prothesen (waaronder ook bruggen die een tandarts aanbrengt), aanpassingen aan een auto, fiets of ander vervoermiddel. Niet aftrekbaar zijn de uitgaven voor brillen, contactlenzen, eenvoudige loophulpmiddelen (stokken, krukken en rollators), rolstoelen, scootmobielen en woningaanpassingen.
Vervoerskosten door ziekte of invaliditeit
Denk vooral aan ziekenvervoer voor bezoeken aan artsen of andere behandelaars. Reisde u per openbaar vervoer of met een taxi, dan zijn de kosten volledig aftrekbaar. Nam u de auto, ga dan uit van de werkelijke kosten per kilometer, dus inclusief afschrijving en onderhoud. U kunt die kilometerprijs berekenen op basis van de ANWB Autokostenmodule https://www.anwb.nl/auto/autokosten#/kenteken. Kreeg u een vergoeding van de zorgverzekeraar voor het ziekenvervoer, dan moet u die in mindering brengen op de aftrek.
In sommige gevallen zijn ook de meerkosten voor leefvervoer (privé vervoer) aftrekbaar, maar in de praktijk is dat lastig. U moet kunnen aantonen dat u vanwege uw handicap of ziekte meer vervoerskosten hebt dan anderen, die voor het overige (inkomen, gezinssamenstelling) in dezelfde situatie zitten als u. Dat lukt alleen als u (1) een volledige administratie bijhoudt van al uw vervoerskosten en (2) kunt nagaan wat een vergelijkbaar iemand normaal gesproken aan vervoerskosten heeft. Een tabel hiervoor kunt u vinden op de site van het Nibud: https://www.nibud.nl/consumenten/aftrek-extra-vervoerskosten.
Extra uitgaven voor kleding en beddengoed (vast bedrag)
Deze aftrek geldt alleen voor huisgenoten en alleen voor meerkosten ten opzichte van andere mensen die geen ziekte of beperking hebben. Er geldt een laag forfait van € 300 voor extra uitgaven die u wel aannemelijk kunt maken, maar niet hoeft aan te tonen. Zijn uw extra uitgaven aantoonbaar hoger dan € 600? Dan kunt u € 750 aftrekken.
Afschrijvingen op uitgaven vóór 2014 voor een rolstoel, scootmobiel of woningaanpassing
Hebt u in 2013 een rolstoel, scootmobiel of woningaanpassing aangeschaft, schrijft u die af in méér dan vijf jaar (bijvoorbeeld in 7 of 10 jaar) en hebt u het eerste deel van die afschrijving al over het jaar 2013 afgetrokken als zorgkosten (toen waren deze hulpmiddelen nog aftrekbaar), dan mag u de afschrijving over 2019 ook nog aftrekken.
Extra gezinshulp
Het gaat bij deze post alleen om particuliere huishoudelijke hulp of persoonlijke ondersteuning, zonder indicatie, of naast een indicatie (als de indicatie niet toereikend was). Er geldt voor de aftrek van gezinshulp een extra drempelbedrag, afhankelijk van uw inkomen. Alleen uitgaven boven deze drempel zijn aftrekbaar. Maakt u gebruik van extra gezinshulp, dan berekent de online aangifte automatisch deze extra drempel.
Dieet op voorschrift van een dokter of diëtist
U kunt alleen een dieet opvoeren dat genoemd worden in de dieetlijst van de Belastingdienst. En alleen als u dit dieet volgt op voorschrift van een arts of een erkende diëtist. U moet daarom over een actuele, ondertekende dieetverklaring beschikken. U vindt de dieetlijst in de online aangifte, onder het vraagtekentje bij dit onderdeel.
- Staat uw dieet in de lijst? Vink dan ‘ja’ aan. Er verschijnt dan een uitklapscherm onderin het tabblad. Daar kunt u uw naam invullen en het dieet in de lijst aanvinken.
- Volgde u meer dan één dieet? Klik dan op het plusje vóór ‘Nog een dieet toevoegen’ en vink het tweede dieet aan in de lijst.
- Is er nog iemand voor wie u of uw partner de dieetkosten betaald hebben en voor wie u zorgkosten mag aftrekken? Vink dan ‘ja’ aan, helemaal onderaan het tabblad. Vul vervolgens ook voor die persoon de naam en het dieet in.
Voor de diëten in de tabel van de Belastingdienst gelden vaste aftrekbedragen. U hoeft dus zelf geen bedrag in te vullen. Dat doet het aangifteprogramma voor u. U hoeft ook niet te bewijzen dat u het dieet gevolgd hebt en wat u dat gekost heeft. Voor de aftrek is het voldoende dat u het dieet voorgeschreven hebt gekregen.
Stap 5: Check het lijstje
Hebt u alle bedragen correct ingevuld? Bent u niets vergeten?
- Klik dan op Akkoord.
Stap 6: Verdeel de aftrek
Bent u fiscale partners, dan komt u na het invullen van een aantal aanvullende vragen in het tabblad Verdelen (afbeelding 3). Daar staat al het totaalbedrag aan zorgkosten dat u samen mag aftrekken.
- Vul een bedrag in, in het witte vakje onder ‘Uw deel’.
- Klik op ‘Belasting berekenen’. U krijgt nu te zien hoeveel geld u en uw fiscale partner terugkrijgen.
- Probeer dit nog een keer, met een ander bedrag.
- Probeer dit net zo lang, tot u de meest voordelige verdeling hebt gevonden.
- Klik op Akkoord.
Stap 6: Bekijk het resultaat
Bent u tevreden over de verdeling? Of hebt u geen fiscale partner en hoeft u dus niets te verdelen? Klik dan op ‘Overzicht belasting en premies’ in het menu links in beeld. U krijgt dan te zien hoeveel belastinggeld u terugkrijgt op basis van de gegevens die u hebt ingevuld.
Stap 7: Onderteken de aangifte
Dit is de laatste stap. Loop eerst alle gegevens nog en laatste keer door. Corrigeer zo nodig fouten. Als u zeker weet dat alles klopt, ondertekent u de aangifte (met uw DigiD) en stuurt u ‘m naar de Belastingdienst. Sla de aangifte op uw computer op of print hem uit voor later gebruik. Doe dat vóórdat u uitlogt!
Tekst: Kees Dijkman. Deze informatie wordt u aangeboden door Ieder(in). De tekst is met de meeste zorgvuldigheid samengesteld, maar u kunt er geen rechten aan ontlenen. Bij het schrijven van dit artikel was de definitieve online aangifte voor het jaar 2019 nog niet beschikbaar. De aangifte kan er daardoor op onderdelen iets anders uitzien dan hier beschreven. Voor meer informatie, kijk op www.meerkosten.nl.
ADVISEURS
Mevr. Mr. M.J.L.M. Komen voor de stad
Utrecht
Mevr. E.H. van Mourik regio Amerongen
voor de overige plaatsen is dit
dhr.
B. van Maurik
Telefonisch spreekuur tel. 030 – 294 40 63
maandag en
donderdagavond
tussen 19.00 – 20.00 uur
Telefonisch spreekuur tel. 0343 – 46 06 30
dinsdag tussen
19.00 en 20.00 uur
Telefonisch spreekuur
Tel.:
0318 - 52 83 74 - Mob.:
06 - 18 03 61 31
maandag en donderdag
tussen 17.00 – 18.00 uur
LOTGENOTENCONTACT
Naast de individuele belangenbehartiging richten wij ons als Stiebo zich ook op “lotgenotencontact”.

Door gebrek aan medewerkers (en financiële middelen) moet dit helaas beperkt blijven tot één (Bingo-) avond per maand, met uitzondering van de maand juli. Ook in september is er geen bingo-avond.
- De bingo-avonden zijn in 2020 op de
Duivenwal 1 in Veenendaal:28-1-2020
24-2-2020
31-3-2020
28-4-2020
25-5-2020
22-6-2020
31-8-2020
19-10-2020
30-11-2020
21-12-2020
NIEUWS
Hieronder vindt u het laatste nieuws wat interessant kan zijn voor mensen met een functiebeperking.
De Stiebo heeft verder geen contactorgaan. Wij trachten wel elk kwartaal een nieuwsbrief uit te brengen met daarin de laatste ontwikkelingen op het terrein van de sociale wetgeving en belastingwetgeving. De nieuwsbrief wordt aan de leden toegezonden per e-mail.

09-3-2020
Woonsituatie onder de maat
Voor jonge mensen met een beperking is het vinden van een passende woning een groot probleem. Zeker honderdduizend mensen hebben niet de woningaanpassingen, zorgondersteuning en woonbegeleiding die ze nodig hebben. Dit blijkt uit nieuw onderzoek van het Verweij-Jonker Instituut in opdracht van de ministeries van Binnenlandse Zaken (BZK) en Volksgezondheid (VWS).
8% van de mensen met een beperking laat weten geen woningaanpassingen of professionele hulp krijgen, terwijl ze aangeven dat wel nodig hebben. Dat gaat om minimaal 100.000 mensen en mogelijk zelfs 418.000 mensen. Veel mensen met een beperking vinden dat ze te duur wonen en dat ze te weinig sociale contacten hebben in de buurt.
Jongeren willen zelfstandigheid.
Het onderzoek wijst verder uit dat jongeren met een beperking moeite hebben om de stap te zetten naar zelfstandiger wonen. Van de jongvolwassenen (15 tot 30 jaar) in het onderzoek is 12% (32.400 tot 90.000 jongeren) niet tevreden, omdat ze zelfstandiger willen wonen. Gebrek aan energie en tijd maakt dat 12% van hen niet eens aan zoeken toekomt. Verder is er een gebrek aan plaatsen voor zelfstandig wonen met aanpassing, begeleiding of zorg, vooral voor jongeren met meerdere beperkingen en matige of ernstige belemmeringen.
Iedereen is anders: maatwerk moet centraal staan.
Een hoofdconclusie van het onderzoek is dat woonbehoeften en woonwensen van mensen met een beperking heel divers zijn. Ze zijn niet alleen afhankelijk van wat voor ondersteuning mensen nodig hebben, maar ook van of iemand samen wil wonen met anderen met een vergelijkbare beperking of juist niet. Daarom moet in het beleid maatwerk centraal staan. De minister van BZK stelt dat vooral gemeenten aan zet zijn om voldoende passend woonaanbod te realiseren en dat het Rijk de gemeenten ondersteunt via de Taskforce Wonen en Zorg.
Passend woonaanbod juist voor jongeren belangrijk.
Ieder(in), de koepel van gehandicaptenorganisaties in Nederland, vindt dat de minister zich daar iets te gemakkelijk vanaf maakt. De opdracht voor de Taskforce Wonen en Zorg richt zich namelijk op ouderen. Ieder(in) vindt dat de minister die opdracht expliciet moet uitbreiden naar alle leeftijdsgroepen met een beperking. Hetzelfde geldt voor de stimuleringsregeling Wonen en Zorg, die vernieuwende woonvormen voor ouderen financieel ondersteunt. Deze regeling moet ook opengesteld worden voor nieuwe woonvormen voor jongeren en volwassenen met een beperking.

Afspraken WMO-hulpmiddelen in werking
De afspraken om problemen met hulpmiddelen uit de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) aan te pakken zijn een feit. Lange wachttijden moeten hiermee tot het verleden behoren en bij verhuizing naar een andere gemeente is een cliënt een op maat gemaakt hulpmiddel niet langer kwijt.
Afgelopen november kondigde minister De Jonge van Volksgezondheid aan in januari met afspraken te komen, omdat er veel klachten zijn over onder meer de levertijd van hulpmiddelen uit de Wmo zoals een rolstoel, traplift of speciale fiets. Gemeenten, verzekeraars en leveranciers hebben afgelopen week onder toeziend oog van patiënten-en cliëntenorganisaties het Actieplan hulpmiddelen in werking gesteld. Het zou per direct moeten leiden tot merkbare verbetering voor de cliënt.
Verhuizing.
Zo horen cliënten binnen vijf dagen na hun aanvraag iets van de leverancier, die ze ook op de hoogte houdt van de levering. Een op maat gemaakt hulpmiddel blijft beschikbaar voor de persoon voor wie dat is gemaakt, zelfs na verhuizing tussen gemeenten, door het verhuisconvenant. Voor een cliënt met een Wmo-hulpmiddel die bijvoorbeeld naar een Wlz-instelling verhuist, moet dit geregeld worden. En revalidatiecentrum en de financier gaan eerder met elkaar overleg.
Contactpersoon.
Ook is afgesproken dat mensen die een helemaal op hen toegesneden hulpmiddel nodig hebben, kunnen aankloppen bij een vaste contactpersoon. Deze casemanagers moeten in december 2020 bij iedere gemeente en leverancier beschikbaar zijn. Verder is het plan dat alle cliënten die een hulpmiddel gebruiken vanaf 1 januari 2021 een uniform, persoonlijk ‘Hulpmiddelen Paspoort’ kunnen krijgen. Daarin is informatie over de cliënt en zijn hulpmiddel(en) opgeslagen om te delen met relevante partijen.
Financier eindverantwoordelijk.
Er hebben meer dan 50 partijen meegewerkt aan de totstandkoming van het actieplan en het normenkader. De cliënt staat volgens de afspraken in alle gevallen centraal. De financier, dat kan gemeente, zorgverzekeraar of zorgkantoor zijn, is eindverantwoordelijk voor ‘het passend en tijdig leveren van een adequate voorziening’. Daarbij moet ook gekeken worden naar samenhang met andere hulpmiddelen en/of diensten. De financier blijft te allen tijde aanspreekbaar.
.

24-1-2020
Wie zorgt er voor mijn kind als ik het niet meer kan?
‘Wie zorgt er voor mijn kind als ik er niet meer ben’ is een vraag waar veel ouders met een (volwassen) kind met (ernstige meervoudige) beperkingen van wakker kunnen liggen. Op 21 maart wordt in Huis ter Heide een bijeenkomst over dit thema gehouden voor ouders en verwanten die zijn aangesloten bij EMB Nederland, CP Nederland, Sien en KansPlus.
Netwerk Rondom helpt door samen met ouders een ZorgTestament te maken. Allerlei onderwerpen komen daarbij langs. Het sociale netwerk is daarbij misschien wel het allerbelangrijkste onderwerp van gesprek. In presentaties en workshops komen heel veel vragen en mogelijke antwoorden aanbod.
Er is maximaal plaats voor 70 mensen, dus geef u snel op.
Tot uiterlijk donderdag 12 maart bij het secretariaat van Sien via het online aanmeldformulier.

Eenmalige diagnose bij chronische aandoeningen.
In het najaar van 2019 spraken de zorgverzekeraars en het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) samen af te voorkomen dat mensen naar een arts moeten om opnieuw een bewijs of verklaring te halen dat zij een blijvend chronische aandoening hebben.
Zorgverzekeraars en VWS willen het verzekerden met een (blijvend) chronische aandoening makkelijker maken. Het hebben van een éénmalige verklaring als bewijs waaruit deze diagnose blijkt is voldoende, een houdbaarheidsdatum of een actuele versie is niet nodig. Samen met vertegenwoordigers van patiënten en artsen spreken zorgverzekeraars en VWS momenteel af voor wat voor type chronische aandoeningen dit geldt.
Zorgverzekeraars en VWS realiseren zich dat mensen met een chronische aandoening geconfronteerd worden met meer zaken dan bijvoorbeeld verzoeken om actuele verklaringen dat zij die aandoening hebben. Daarom kijken zorgverzekeraars en VWS samen welke verdere stappen mogelijk zijn om deze groep verzekerden verder te helpen en administratieve lasten voor hen te verminderen.
Ondanks deze inspanningen kan het voorkomen dat u, of een naaste, toch te maken krijgt met het verzoek om een actueel bewijs van een chronische aandoening waarvan u al een diagnoseverklaring hebt. Mocht die situatie zich onverhoopt voordoen, dan kunt u contact opnemen met uw zorgverzekeraar. U kunt uw ervaring ook delen door een mail te sturen naar aanpakregeldruk@minvws.nl Naast een korte toelichting is het belangrijk om (1) uw naam, (2), de zorgverlener/leverancier en (3) uw zorgverzekeraar te vermelden in het bericht. Er wordt dan direct actie ondernomen.

17-1-2020
Wachtlijsten verpleeghuizen flink langer dan verwacht.
De wachtlijsten voor verpleeghuizen zijn opnieuw langer geworden. Het is niet gelukt ze terug te dringen, heeft minister De Jonge (CDA) gezegd in de Tweede Kamer. 18.600 mensen wachten op zorg, toen dit kabinet van start ging waren dat er rond de 10.000.
Een groot deel van de Tweede Kamer wil dat De Jonge meer doet om de wachtlijsten terug te dringen en is kritisch op hem. Alleen meer geld, zoals het kabinet al wel investeerde, is niet de enige oplossing, zeggen Kamerleden. Het kabinet moet het creëren van meer plekken tot de hoogste prioriteit maken. Er moeten maatregelen genomen worden om versneld te bouwen, aldus de Kamer.
Niet allen accuut
Volgens het ministerie van Volksgezondheid zijn niet alle 18.600 mensen op de wachtlijsten 'actief wachtend'. Dat betekent dat ze volgens het ministerie niet allemaal acuut een bed nodig hebben, bijvoorbeeld omdat ze liever wachten op een plek dichterbij.
Kamerleden van onder meer PVV en D66 willen af van die scheiding tussen "actief" en "niet actief". Iemand kan pas op de wachtlijst worden geplaatst als hij of zij voldoet aan strenge toelatingseisen. "De situatie is dan al schrijnend", zegt PVV-Kamerlid Agema. Alle wachtenden zijn mensen die dringend zorg nodig hebben, betoogt ze.

15-1-2020
Meer stations met reisassistentie.
De NS heeft de reisassistentie voor reizigers met een (visuele) beperking uitgebreid.
Het gaat om de volgende uitbreidingen:
1 - stap verder-service op vijf grote stations:
Het gaat om Utrecht Centraal, Amsterdam Centraal, Den Haag Centraal, Rotterdam Centraal en Zwolle. Met 1 stap verder begeleidt de reisassistent u naar de bus-, tram- of metrohalte, de officiële taxistandplaats of naar de ‘halen en brengen’-plaats bij het station. NS heeft hierover afspraken gemaakt met de Oogvereniging.
2 - NS Reisassistentie op 143 stations:
In totaal kunnen reizigers nu op 143 stations hulp krijgen bij het in-, over- en uitstappen. Op 15 december 2019 zijn de volgende stations toegevoegd: Amersfoort Schothorst, Amsterdam Science Park, Den Haag Ypenburg, Grou Jirnsum, Halfweg Zwanenburg, Heiloo, Hoorn – Kersenboogerd, Kapelle Biezelinge, Veenendaal – West en Zaandijk Zaanse Schans. Voor 2025 zijn alle stations waar NS stopt voorzien van reisassistentie.
3 - Hulp in de nacht:
NS Reisassistentie wordt aangeboden van de eerste tot en met de laatste trein. Momenteel zijn de nachttreinen nog uitgesloten. Daar komt vanaf 4 februari 2020 verandering in. Dan is het ook mogelijk om ’s nachts gebruik te maken van NS Reisassistentie.

9-1-2020
Hogeropgeleide doven en slechthorenden
nu ook in Banenplan.
Het wordt voor dove en blinde mensen makkelijker aan een baan te komen. Dat geldt ook voor middelbaar en hoger opgeleide mensen met bijvoorbeeld autisme of een ernstige psychische aandoening die serieuze begeleiding vergt.
Mensen die tot deze groepen behoren, mogen nu bij uitkeringsinstantie UWV vragen of zij alsnog in het zogeheten doelgroepregister kunnen worden opgenomen. Dat betekent dat ze meetellen voor het Banenplan, een afspraak uit 2015 van overheid, werkgevers en vakbonden om uiterlijk in 2026 125.000 extra banen te scheppen voor mensen met een arbeidsbeperking.
Werkzoekenden die in dat doelgroepregister staan, zijn aantrekkelijker voor werkgevers, omdat ze meetellen voor die 125.000-banen-opdracht. De werkgever kan ook in aanmerking komen voor subsidie voor het aanpassen van de werkplek en voor de begeleiding door een jobcoach. Ook hoeft een werkgever bij ziekte niet door te betalen bij werknemers uit het doelgroepregister; dat doet de overheid.
Kaartenbak veel voller.
Werkgeversnetwerk De Normaalste Zaak (DNZ) schat dat door verbreding van de definitie ongeveer 10.000 mensen extra in het doelgroepregister kunnen komen. Er zitten nu al ruim 200.000 mensen in. De werkgevers zijn blij dat de kaartenbak om uit te kiezen plots veel voller is geworden. Zij vonden het altijd al onjuist dat hoogopgeleide gehandicapten niet meetelden. “Het aanbod van werkfitte kandidaten is te klein om de doelstelling te halen”, zeiden ze al in 2016 over hun opdracht.
Ook Iederin, de organisatie voor mensen met een beperking of chronische ziekte, wilde jaren geleden al dat de afbakening breder werd. “Hoogopgeleide mensen met een handicap vallen nu buiten de boot.” Zij kunnen dankzij hun studie vaak wel werk doen, waarmee meer is te verdienen dan het minimumloon, alleen is er geen werkgever die ze in dienst neemt.
Maar de vorige staatssecretaris van sociale zaken, Jetta Klijnsma, vond dat het Banenplan voor de allerzwaksten moest zijn, voor de mensen met weinig kans op werk, mensen die niet zonder hulp het minimumloon kunnen verdienen. Daarom sloot zij hoger opgeleiden uit die bijvoorbeeld blind of doof zijn. Zij kunnen immers meer verdienen dan het minimumloon als er een hulpmiddel is of begeleiding.

7-1-2020
Forse besparing geneesmiddelen.
Vanaf april dit jaar komen er lagere maximumprijzen voor geneesmiddelen. Daardoor moeten farmaceuten in veel gevallen hun prijzen verlagen. Op jaarbasis leidt dit tot een besparing van naar schatting 300 miljoen euro.
Voor geneesmiddelen geldt in Nederland een maximumprijs. Deze prijs wordt sinds 1996 bepaald op basis van de gemiddelde prijs in Duitsland, België, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk. Duitsland kent hoge medicijnprijzen, ruim boven het EU-gemiddelde. Minister Bruno Bruins (Medische zorg) heeft daarom besloten Duitsland te schrappen als referentieland. Noorwegen wordt juist aan de lijst toegevoegd. Per april 2020 gelden er dan gemiddeld lagere maximumprijzen voor geneesmiddelen.
Deze wetswijziging, die het afgelopen jaar in zowel de Tweede als de Eerste Kamer op brede steun kon rekenen, is vanaf 18 december 2019 van kracht. De maatregel heeft vooral effect op de prijs van geneesmiddelen waar nog een patent op rust.
Minister Bruins: “We hebben een breed verzekerd pakket aan geneesmiddelen en ik zie dat er steeds meer veelbelovende nieuwe geneesmiddelen op de markt komen. Dat is goed nieuws, maar het moet wel betaalbaar blijven. De afgelopen jaren hing onze prijssystematiek uit het lood. Dat trekken we nu recht. Dit doen we zorgvuldig, want de aanpassing mag er niet toe leiden dat fabrikanten besluiten hun middel niet meer in Nederland op de markt te brengen."